Verslag consultatieronde Terschelling


Verslag van de consultatiebijeenkomst op Terschelling d.d. 10 februari 2004

Aanwezig

25 eilandbewoners, de heer Visser (burgemeester van Terschelling), de heer de Haan, wethouder en voorzitter van de avond, Jan Jaap Hooft (LNVN), Gerrit van Brakel (LNVN), Sandra Mack (LNVN,verslag) en Marica van de Weerd (stagiaire communicatie)

Opening

De heer De Haan heet alle aanwezigen welkom. Vervolgens draagt hij het woord over aan de heer Hooft van het Ministerie van LNV. De heer Hooft geeft uitleg over de agenda. Het zal eerst gaan over de nieuwe Leidraad opvang zeehonden (Gerrit van Brakel) en na de pauze over de volgende trilaterale regeringsconferentie in 2005 (Jan Jaap Hooft).

Leidraad opvang zeehonden

De heer van Brakel vertelt over het tot stand komen en over de inhoud van de Leidraad opvang gewone en grijze zeehonden. In het kort zijn de consequenties hiervan dat men terughoudend omgaat met de opvang met in het wild levende dieren. meer met de handen af moet blijven van de wilde populatie zeehonden.

Vragen n.a.v. de presentatie

Waarom is de epidemie in Denemarken uitgebroken?

Hier heeft men nog geen antwoord op.

Waarom had de grijze zeehond minder last van de ziekte?

Ook hier is nog geen duidelijkheid over.

Hoe definieer je verstoring van zeehonden?

Het gaat om verstoring zodra zeehonden zich tijdens het rusten naar het water verplaatsen. Ze voelen zich dan veiliger.

Welke rol hebben opvangcentra dan nog?

In trilateraal verband is afgesproken dat elk land een leidraad maakt, rekening houdend met de verschillende benaderingen van elk afzonderlijk land; het geheel binnen een bepaalde bandbreedte. Er zullen altijd zeehonden opgevangen worden . Wel is de bedoeling dat men terughoudend is en een observatieperiode in acht neemt, voordat overgegaan wordt tot daadwerkelijke opvang.

Kunnen de twee opvangcentra goed met elkaar samen werken?

Pieterburen hanteert de meer dierethische lijn, alle zeehonden tellen mee, terwijl Ecomare een dierethische benadering hanteert. In crisis tijden weten ze elkaar snel te vinden.

Trilaterale regeringsconferentie 2005

De heer Hooft geeft aan dat LNV met de voorbereidingen voor de volgende conferentie in 2005 gestart is. De trilaterale conferentie zal voor het eerst op een waddeneiland plaatsvinden. Hierdoor wil LNV benadrukken dat bewoners en gebruikers steeds meer betrokken worden bij bestuur en beleid van de Waddenzee. Volgens de heer Hooft is inbreng van bewoners en gebruikers onmisbaar voor het draagvlak van de Nederlandse inbreng tijdens de conferentie. De huidige consultatie is een startbijeenkomst om bewoners bewust te maken van wat er speelt en op de agenda staat. LNV zal dit jaar nog een aantal keren terug komen om specifiek over Werelderfgoed te praten. De drie landen hebben namelijk in Esbjerg afgesproken het communicatieproces rond Werelderfgoed vóór de volgende conferentie af te ronden, zodat op Schiermonnikoog bepaald kan worden of er in de drie landen wel of niet voldoende draagvlak is voor een mogelijke aanwijzing. Bij volgende bijeenkomsten zal er ook een vertegenwoordiger van het ministerie van V&W aanwezig zijn in verband met onderwerpen die primair dat ministerie aangaan zoals scheepsveiligheid.

Vervolgens gaf de heer Hooft uitleg over de stand van zaken m.b.t. de volgende uit de Verklaring van Esbjerg (2001) voortvloeiende onderwerpen:

  • Het Waddenzee Forum

  • Het trilaterale monitorings- en beoordelingsprogramma

  • Landschap en cultureel erfgoed

  • Evaluatie van de trilaterale samenwerking

  • Kustbescherming en stijging van de zeespiegel

  • Wereldnatuurerfgoed

Samenvatting van vragen en opmerkingen n.a.v. de presentatie

Het moet duidelijk zijn wat de voor- en nadelen van Werelderfgoed zijn en wat het verschil tussen Wereldnatuur- en Wereldcultuurerfgoed is en waar het hier over gaat.

Het gaat hier om Wereldnatuurerfgoed, omdat de Waddenzee een bijzonder natuurgebied is. We praten dus nu over het natte deel van de Waddenzee. Verder zal LNV vóór de volgende consultaties informatie verstrekken over wat Werelderfgoed inhoudt.

Is de aanwijzing van de Waddenzee als PSSA dan niet voldoende?

Bij de PSSA gaat het alleen om scheepsveiligheid. Werelderfgoed is een veel breder onderwerp.

De burgemeester legt uit dat ook in Duistland en Denemarken op de eilanden Werelderfgoed weer op de agenda staat en dat deze bereid zijn het weer te bespreken. Wel vindt hij het belangrijk dat de volgende keer ook iemand van de UNESCO meegaat om uitleg te geven.

Wat zijn de indirecte effecten van de blijvende etikettering?

Ook dit zal LNV uitzoeken voor de volgende bijeenkomst over dat onderwerp.

Hoe zwaar wordt kleinschalig historisch medegebruik meegewogen?

Dat neemt LNV in de volgende ronde mee, zodra de uitkomsten van de werkgroepen die hiermee op de eilanden bezig zijn binnen zijn.

Tot slot geeft de burgemeester het volgende aan LNV mee:

Blijf met 2 benen op de grond staan. Op de eilanden spelen allerlei onderwerpen waar men mee bezig is. Zou goed zijn als men er ook trilateraal mee bezig zou zijn en niet op een te abstract niveau.

De bijeenkomst wordt door de voorzitter afgesloten.