Referentiegebied in de Waddenzee
In de Verklaring van Esbjerg in 1991 hebben Denemarken, Duitsland en Nederland afspraken gemaakt over het instellen van een referentiegebied in de Waddenzee waarbinnen geen exploitaties en verstorende activiteiten mogen plaatsvinden. Doel van zo'n gebied is om de ongestoorde ontwikkeling van de natuur in de Waddenzee te kunnen volgen. Duitsland en Denemarken hebben hun referentiegebieden al aangewezen vóór de trilaterale conferentie in 2001. Nederland heeft met ingang van zaterdag 19 november 2005 ten zuiden van Rotummerplaat en Rottumeroog voor onbepaalde tijd een referentiegebied ingesteld.
Het gesloten gebied is 7250 ha. groot, bedraagt ca. 3% van de Waddenzee en valt binnen het in 1993 gesloten gebied voor de schelpdiervisserij. Het gebied bevat geulen, prielen, diep en ondiep water, kwelders en zandplaten. Dit gebied is gekozen omdat het reeds voor vrijwel alle activiteiten was gesloten en op deze wijze zo weinig mogelijk extra beperkingen ontstaan.
De natuurlijke ontwikkeling van het gebied wordt jaarlijks in beeld gebracht. Een 5-jaarlijkse evaluatie zal uitwijzen of het gebied zich anders dan de rest van de Waddenzee ontwikkelt.
Rapporten:
- Ecologische ontwikkeling in een voor menselijke activiteiten gesloten gebied in de Nederlandse Waddenzee: Tussenrapportage twee jaar na sluiting (najaar 2007)
- Ecologische ontwikkeling in een voor menselijke activiteiten gesloten gebied in de Nederlandse Waddenzee: Tussenrapportage 1 jaar na sluiting (december 2005 - najaar 2006)