NAM-onderzoek bodemdaling oogst kritiek
Lauwersoog - De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) moet meer onderzoek doen naar een mogelijk forse bodemdaling van zandplaten ten zuidoosten van Ameland. Dat adviseert de landelijke Commissie mer in een beoordeling van de bodemdalingsonderzoeken die de NAM opstelt vanwege gaswinning onder de Waddenzee. Ook op andere punten krijgt de gaswinner kritiek.
De NAM wint sinds 2007 aardgas uit zes velden onder de Waddenzee. Die winning leidt tot bodemdaling in onder meer het Pinkegat, het gebied ten zuidoosten van Ameland. De diepe onderbodem van de zee mocht daar vorig jaar met ruim drie millimeter dalen. Bij bodemdaling door gaswinning wordt gekeken naar die diepe onderbodem, omdat de oppervlaktebodem door zandafzetting normaliter minder snel daalt.
Uit onderzoek van de NAM blijkt dat de daling van de diepe bodem in het Pinkegat vorig jaar 2,2 millimeter was, ruim binnen het gestelde maximum dus. Tegelijkertijd concludeerde het Delftse onderzoeksinstituut Deltares dat de oppervlaktebodem van zandplaten in het Pinkegat veel sterker daalde, tot vijf centimeter. Deltares noemt daarbij drie mogelijke oorzaken: onnauwkeurige gegevens, natuurlijke dynamiek of bodemdaling. De werkelijke oorzaak is niet onderzocht.