'Offshore windenergie verzesvoudigt voor 2020'
De geïnstalleerde capaciteit aan windenergie op zee gaat wereldwijd de komende zes jaar verzesvoudigen. Dat zegt de Brits-Aziatische bank HSBC.
Volgens de bank zullen Groot-Brittannië (11 gigawatt), China (10 gigawatt) en Duitsland (7 gigawatt) de belangrijkste afzetmarkten vormen voor offshore windmolens. In totaal zal het geïnstalleerde vermogen uitkomen op 43 gigawatt, tegenover de 6,5 gigawatt aan windmolens die aan het eind van dit jaar op de wereldzeeën draaide.
Na 2015 wordt offshore wind volgens de analisten zelfs de drijvende factor in de groei van windenergie.
Rendement
Zoals afgesproken in het Energieakkoord wil Nederland voor 2023 4,5 gigawatt op zee plaatsen, waarschijnlijk aan de Hollandse kust en ten noorden van de Waddeneilanden.
Offshore windmolens staan op minstens 20 kilometer uit de kust. Omdat het op zee harder waait wekken deze molens meer elektriciteit op. Ook is er minder protest van omwonenden.
Daar staat tegenover dat de installatie en onderhoudskosten flink hoger kunnen uitvallen. Er zijn ontwikkelingen die deze kosten omlaag kunnen brengen zoals betere monitoring en preventief onderhoud zodat windmolens minder vaak uitvallen. Op dit moment geven zowel onshore als offshore windenergie al het hoogste rendement op investeringen in hernieuwbare energie.