Boekje: herkenning en omgaan met archeologische vondsten uit waterbodems
Bij werkzaamheden in waterbodems stuiten aannemers die in opdracht van Rijkswaterstaat werken regelmatig op obstakels. Vaak niet zo bijzonder, soms wel, zoals scheepsresten, kanonnen of offeraltaren. Omdat deze archeologische objecten niet altijd op waarde geschat worden hebben RWS Water Verkeer en Leefomgeving (WVL) en RWS Zee en Delta (ZD) samen met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) een boekje uitgebracht over het herkennen van en het omgaan met archeologische vondsten uit waterbodems op zee of de binnenwateren.
Het gaat hierbij om archeologische vondsten die onverwachts worden aangetroffen bij werkzaamheden waarbij de waterbodem in principe niet geroerd wordt. Voor dergelijke vondsten geldt een wettelijke meldingsplicht. Voor werkzaamheden waarbij de waterbodem wel geroerd wordt, geldt de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz 2007). Deze wet schrijft voor dat er onderzoek moet worden gedaan naar eventueel aanwezige archeologische waarden voordat het project van start gaat.