Vlielander jutvondst herbergt exotische zeediertjes

Gepubliceerd op 25 augustus 2009Natuur en Landschap, Onderzoek en Monitoring, OverigAangemaakt door Dagblad van het Noorden

Vlielander Folkert Janssens dacht een ordinair stuk metaal te hebben gejut. Toen hij het openbrak, rolden er plots tientallen exotische zeediertjes uit. Van "grappige" Noordse rotsboorders tot zeer bijzondere koralen.

VLIELAND - Vanuit zijn wagen zag hij tussen de gebruikelijke rommel op de vloedlijn iets liggen dat zijn aandacht trok. Een torpedovormig ding van metaal. "Zo dicht bij de Vliehors denk je dan al gauw aan iets van munitie", zegt Folkert Janssens, chauffeur van de Vliehors Express op Vlieland en doorgewinterd strandjutter.

Een beetje dichterbij gekomen ontwaarde hij een haak voor een touw op het geval, dat voor een groot deel bedekt was onder de groene algen. "Vissersmateriaal", schatte de Vielander in, waarna hij het wel durfde op te rapen. Een vriend herkende er een paravaan in, een drijver waarmee visnetten op de gewenste diepte worden gehouden.

Tijdens het transport van het strand naar zijn jutschuur viel er een zeester uit de holle paravaan. Amateur-bioloog Janssens determineerde het diertje als een geveerde brokkelster. "Heel grappig. Zo eentje had ik nog nooit aangetroffen." De vondst bracht hem op het idee de paravaan dan maar open te breken.

Van alles rolde eruit. Schelpen, anemomen, koraaldiertjes, een kreeft. Het holle aluminium ding bleek de woning te zijn van een veertigtal zeebeestjes, stuk voor stuk niet groter dan een paar centimeter.

Janssens besloot de organismen op alcohol te zetten en op te sturen naar onderzoeksbureau Imaris. Dat speelde de vondst weer door naar Rob Dekker, onderzoeker bij het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) op Texel. "Een ontzettend leuke vondst. Sommige van deze dieren worden in Nederland praktisch nooit gevonden", zegt bioloog Dekker.

Hij krijgt het vooral warm van de Chlamys disorta, een hier amper voorkomende schelp die verwant is aan de wijde mantel (die van het Shell-logo). Dekker ontwaarde ook de Caryophylia smithii, een solitair levend koraaldiertje. Het beestje komt niet in onze omgeving voor, maar aangespoeld wordt de exoot hier jaarlijks een keer of vijf opgeraapt.

Ook heel apart is volgens Dekker het kreeftje. Het blijkt de Galathea squamifera, een dier dat zich eigenlijk nooit buiten de Oosterschelde waagt. Verder ontdekte de bioloog vier uit de kluiten gewassen Noordse rotsboorders, een geruite Napslak en een zee-egel.

Voor Dekker is klip en klaar waar de dieren vandaan komen. "Het Kanaal-gebied, tussen Engeland en Frankrijk. Stuk voor stuk zijn het rotsbewoners, die daar wel en hier niet voorkomen." Dekker denkt dat de paravaan op drift is geraakt toen het stuk riemwier waaraan het zat is losgeschoten van de rotsen. Op de reis naar het noorden pikte de paravaan in de Oosterschelde het kreeftje op, waarna het uiteindelijk op Vlieland aanspoelde. Het zal wel niet lang duren voordat natuurhistorisch museum Naturalis de vondst voor zich opeist, zo verwacht de bioloog.