Pieterburen en crèche beide verliezer bij verhuizing?
Keuze te over voor Lenie 't Hart en haar zeehondencrèche. Maar waar laat zij straks een nieuw opvangcentrum bouwen? In de Kollumerwaard op twee hectare gratis grond? Op het dak van een parkeergarage bij zwembad AquariOm in Delfzijl? Op de plek van het oude zwembad in Harlingen? Bij een kinderboerderij in het kurkdroge, ver van zee verwijderde Stiens? In de haven van Lauwersoog? Of toch na veel wikken en wegen op de vertrouwde stek, in waddendorp Pieterburen?
'Misschien zou De Marne Lenie ook moeten smeken om te blijven'
Wie denkt dat het een uitgemaakte zaak is dat er toch in Pieterburen wordt gebouwd, heeft het mis. Daarvoor steken de crèchemedewerkers te veel energie in het onderzoek naar de veertien tot dusver aangeboden bouwlocaties in de Friese en Groningse kuststrook. Alle plekken zijn door Lenie zelf geïnspecteerd. Zij heeft bovendien een locatiecommissie aan het werk gezet, die voor het crèchebestuur alle plussen en minnen op een rijtje zet.
Niet alleen de ringband waarin deze club de tot dusver verzamelde informatie heeft gebundeld is loodzwaar, dat is het keuzeprobleem ook. Het mag zo zijn dat de zeehondenmoeder in woede ontstak toen ze hoorde dat een aanzienlijke bijdrage in de nieuwbouwkosten - uit het masterplan van zes miljoen euro voor de verdere recreatieve ontwikkeling van Pieterburen - aan haar neus voorbij ging. En het is zo dat de toevoeging Pieterburen bij het 35- jarig bestaan al uit de naam van het opvangcentrum is gehaald en is vervangen door de naam van Lenie.
Wie alle keuzemogelijkheden op een rijtje zet kan echter niet anders dan vaststellen dat zeehonden het best op hun plaats zijn in een waddendorp. Het zilte imago van dorp en crèche versterken elkaar. Al decennia lang. Wat dat precies voor de crèche en Pieterburen betekent, laat zich moeilijk uitdrukken in klinkende munt. Het is maar zeer de vraag of de zeehondenbezoekers in even groten getale blijven komen wanneer het opvangcentrum kiest voor een gratis lapje grond in de Kollumerwaard, het dak van een parkeergarage in Delfzijl of het terrein van het oude zwembad in Harlingen. Zeker is in elk geval dat de horeca in het waddendorp financieel zwaar zal worden getroffen door het wegblijven van de pakweg 200.000 crèchegangers per jaar. Het gevaar bestaat dat zowel Pieterburen als de crèche als verliezer uit de strijd komt bij een verhuizing. Mensen hechten nu een keer aan tradities. En tradities - zoals: zet voor zeehon den koers naar Pieterburen - groeien langzaam.
Het is weliswaar niet aan ons om te bepalen of de zeehondenmoeder voor nieuwbouw in het waddendorp financiële steun krijgt. Maar er is weinig scherpzinnigheid voor nodig om vast te stellen dat zij hulp verdient. Al was het alleen maar om de economie in deze regio niet als een kaartenhuis ineen te laten storten. Om die reden hebben de middenstanders Lenie onlangs ook al gesmeekt om te blijven. Dat zou de gemeente De Marne nu misschien ook moeten doen. En mocht alles toch verloren zijn, dan tippen wij Harlingen, Lauwersoog en Delfzijl (in deze volgorde) als nieuwe crèchevestigingsplaatsen. Waarom? Harlingen ligt op een uur rijden van grote mensenmassa's in de Randstad. En de havenplaats ligt centraal ten opzichte van de Waddenzee en de waddeneilanden waar veel nooddruftige zeehonden vandaan komen. Bovendien is de veerdienst van Doeksen er gestationeerd. De haven van Lauwersoog staat aan de vooravond van een miljoeneninvestering in het toerisme waar de zeehondenopvang misschien op kan meesurfen en maakt daarom een kansje. En wat Delfzijl betreft? Die met een joekel van een imagoprobleem worstelende gemeente heeft waarschijnlijk wel iets over voor de goede reclame die de komst van de Zeehondencrèche zou opleveren. Het armlastige Delfzijl schijnt in elk geval geld te willen steken in de waterzuivering voor de zeehondenopvang. Bonus voor Lenie - die in Termunten in de gemeente Delfzijl woont - is verder dat zij haar werk dan naast de deur heeft. Alleen zitten de zeehonden in dat geval wel vlakbij chemische industrie en stadsgewoel. De Lenie die wij kennen, zou dat haar robben nooit aandoen. Die gunt verweesde en zieke zeehonden zuivere zeelucht. In Pieterburen bijvoorbeeld.
Veertien locaties in beeld voor nieuwbouw Zeehondencrèche
Ferwerderadeel is de gemeente die de Zeehondencrèche de meeste bouwlocaties heeft aangeboden: in totaal vijf in de omgeving van Marrum en Blija. De Marne is van de partij met de huidige plek in Pieterburen en de vissershaven in Lauwersoog. Delfzijl, een gemeente die Lenie 't Hart zelf heeft benaderd, wil de crèchenieuwbouw graag op een nog te bouwen parkeergarage bij het Eemshotel in de havenplaats. De zeehondenopvang heeft dan over de dijk zicht op de Eems. Eemsmond biedt twee bouwplaatsen aan: één bij de Eemshaven in de buurt van de molen Goliath en één aan de doorgaande weg tussen Uithuizen en Uithuizermeeden. Leeuwarderadeel brengt een plek bij Doniastate in Stiens in. Daar zou de crèchenieuwbouw moeten komen bij een kinderboerderij, die jaarlijks zo'n 65.000 bezoekers trekt.
Franekeradeel - waar de gemeenteraad het college opdracht gaf met de zeehondenmoeder te gaan praten - heeft een plek tussen publiekstrekker Aeolus en een bungalowpark in Tzummarum in de aanbieding. Harlingen ziet de zeehondenopvang graag verrijzen op de plek van het oude zwembad aan de Westerzeedijk, ten westen van de haven. In Kollumerland kan de Zeehondencrèche kosteloos twee hectare grond krijgen bij toekomstig bungalowpark Lauwershage in de Kollumerwaard.