Grote partijen hebben spijt van zoutmijn

Gepubliceerd op 16 februari 2007Overheid, Sociaal-economischAangemaakt door Leeuwarder Courant

LEEUWARDEN - De zoutwinning van Frisia had er nooit mogen komen, vindt PvdA-lijsttrekker Anita Andriesen. ,,As wy doe wisten wat wy no witte dan sis ik: dit is gjin duorsume wurkgelegenheid'', aldus de gedeputeerde gisteravond tijdens een verkiezingsdebat bij Wetterskip Fryslân.

Andriesen doelt op de voortgaande bodemdaling en de grote moeite die het kost om het waterbeheer daar op af te stemmen. Het provinciebestuur heeft echter niets over de zestigjarige zoutconcessie van Frisia te vertellen. Mijnbouw wordt bestierd door het rijk.

CDA'er Sjoerd Galema vindt achteraf ook dat de concessie aan Frisia niet verleend had moeten worden. Met VVD'er Ton Baas wil hij onderzocht zien of het zout niet beter van onder de Waddenzee vandaan kan worden gepompt.

Andriesen en GrienLinkser Theo van der Bles zien daar niets in. Net als Johannes Kramer (FNP) wijst Van der Bles zoutwinning helemaal van de hand. De actiegroep 'Laat het zout maar zitten' schiet weinig op met de brede kritiek op Frisia.

Woordvoerder Martsje Haitsma stelde dat de provincie op z'n minst zou moeten bewerkstelligen dat de zoutdelver de vergunningsvoorschriften naleeft. CDA-voorman Galema vindt dat de provincie zich hiervoor sterker moet maken bij Economische Zaken.