Weer meer broedende lepelaars op Texel

Gepubliceerd op 10 juli 2006Natuur en Landschap, Onderzoek en Monitoring, Voorlichting en educatieAangemaakt door Staatsbosbeheer

Maandag 3 juli heeft Staatsbosbeheer de lepelaars in de kolonies in het Nationaal Park Duinen van Texel in De Geul opnieuw van uit de lucht geteld.

De vogelwachters hadden het vermoeden dat er na de eerste telling nog veel dieren bijgekomen waren. Dat bleek inderdaad het geval. In De Geul bleken het aantal tot minsten 269 te zijn uitgegroeid, terwijl er in 2005 238 paar broedden. Het werkelijke aantal kan nog hoger liggen, doordat eventueel nieuwe vestiging tussen al broedende vogels niet altijd goed is te onderscheiden, zeker niet wanneer er al veel grote jongen in de kolonie rond lopen. De late aanwas is mogelijk ten dele het gevolg van de verstoring van de kolonie op het Balgzand.

Opvallend was de verdere toename van het aantalbroedparen in De Muy, van 28 naar 37 paar. In De Muy profiteren de lepelaars van de zeer lage waterstand, de plek waar de meeste zitten staat normaal onder water. Hun oude broedplek in de wilgen is volledig overgenomen door de aalscholvers. Na jaren van afname van het aantal paren in deze kolonie is er sinds vorig jaar sprake van herstel.

Op De Schorren telde Natuurmonumenten 50 paar. Bij elkaar broeden er op Texel dus al ongeveer 358 paar lepelaars, 35 meer dan het aantal in 2005. In 2005 broedden er in 0ngeveer 1700 paar lepelaars in Nederland.

Lepelaars zijn op Texel goed te bekijken vanaf het uitkijkpunt aan de Mokweg, het merendeel van de in De Geul broedende lepelaars zit daar in de buurt. Aan- en afvliegende vogels, vooral ouders met voedsel zijn er goed te zien. De lepelaars zoeken voedsel in sloten op Texel en de Kop van Noord-Holland. In de sloten vangen ze vooral driedoornige stekelbaarsjes. Daarnaast gaan ze op het Wad op jacht naar garnalen.