Nieuwe eilandenrij erg duur en niet effectief
DELFT/HARLINGEN - Een archipel van kunstmatige eilanden in de Noordzee als zeedefensie? Het naar eigen zeggen visionaire idee van de Groninger commissaris Hans Alders krijgt een lauw onthaal. Het is totaal onrealistisch, vindt de Waddenvereniging. Technisch is het echter geen enkel probleem, verwacht waterbouwkundig hoogleraar Marcel Stive, maar het is wel prijzig.
Tegen een zeespiegelstijging kan een rij nieuwe Waddeneilanden helemaal niets uitrichten, oordeelt professor Leo van Rijn van het waterloopkundig laboratorium in Delft. ,,Het water komt in de Waddenzee natuurlijk precies even hoog. Uit dat oogpunt is het een raar idee.''
,,Een extra set eilanden helpt wel wat tegen een golfaanval, maar het lijkt me op het eerste oog gek om dat op deze manier te doen'', vervolgt Van Rijn. ,,Je beschermt dan alleen de huidige Waddeneilanden en die zijn voorlopig met zandsuppleties en eventueel ophoging van de duinen en de koppen goed in stand te houden.''
Versterking van de Waddeneilanden is ook aanmerkelijk goedkoper dan het opwerpen van nieuwe eilanden kilometers uit de kust, verwacht de hoogleraar. Zijn collega Marcel Stive van de TU Delft noemt de aanleg ervan ,,technisch geen enkel probleem, maar wel vreselijk kostbaar''.
,,Zolang de zeespiegel met niet meer dan 1 of 2 meter per eeuw stijgt, is het verbreden van de duinenrij en verhoging van dijken de meest economische oplossing.''
Als baggeraars net zo goedkoop willen werken als voor de hoteleilanden in Dubai, komt Alders' archipel toch gauw op €10 miljard tot €15 miljard, zegt Stive. ,,Het wordt pas een beetje interessant als die eilanden voor meer functies geschikt worden gemaakt dan kustbescherming. Uit veiligheidsoogpunt is het afsluiten van de zeegaten tussen de Waddeneilanden veel goedkoper en effectiever.''
Hidde van Kersen, directeur van de Waddenvereniging, vindt Alders' idee ,,zot''. Volgens de waddenman stroomt de Noordzee op 10 kilometer uit de kust te hard en is het er ook te diep. ,,Maar het is goed dat Alders rigoureuze maatregelen bepleit, want die zijn tegen de zeespiegelstijging nodig. Wij denken ook aan natuurlijke buffers, maar daarnaast zou je ook de Afsluitdijk moeten doorsteken. Dat werkt waarschijnlijk beter.''
De kritiek van Van Kersen is misplaatst in de ogen van de hoogleraren Van Rijn en Stive. Van Rijn: ,,Je kunt op die plaats in de Noordzee best eilanden maken, als je het zand maar van ver genoeg haalt. Anders blijf je bijharken. ''
Als je buitengaats toch wat wilt doen, oppert Van Rijn, leg dan op de lange termijn een ononderbroken zanddijk voor de gehele Nederlandse kust. ,,Dat gaat ten koste van de Waddenzee en is extreem duur, maar het helpt wel tegen zeespiegelstijging.''
Nu het waterloopkundig laboratorium, grondmechanica, de voormalige rijksgeologische dienst (nu TNO-NITG) en het rijksinstituut voor kust en zee (RIKZ) hun krachten bundelen in het Delta-Instituut, mag volgens Van Rijn verwacht worden dat er volgend jaar van die kant een degelijke 'kustvisie' komt. Zin en onzin van een nieuwe kustlijn komen dan ook aan bod.
Stive heeft voor de verre toekomst nog wel een uiterste oplossing voor problemen met de zee: ,,Ga wonen op de hogere gronden.'' Van Rijn valt hem bij: ,,Maak alvast een begin met het ophogen van westelijk Nederland. Alle toekomstige bouwlocaties alvast ophogen tot 5 meter en zo successievelijk alles ophogen over een termijn van eeuwen, zodat we met de zeespiegel mee stijgen. Dan hoeven we op lange termijn bezien niet te vertrekken uit West-Nederland.'