Natuurorganisaties dagen de staat voor de rechter

Zij komen hiermee in het geweer tegen minister Veerman van Landbouw. Die besloot onlangs dat mosselkwekers geen vergunning nodig hebben om mosselen van de Waddenzee naar Zeeland te kunnen verplaatsen. Volgens de minister is deze handeling namelijk 'bestaand gebruik'. Dat houdt in dat het overbrengen van mosselen al legaal was op het moment dat de huidige Natuurbeschermingswet in 1998 van kracht werd. Daarom zou het zonder bezwaar kunnen doorgaan, en zou er dus geen vergunning nodig zijn. De vijf organisaties vinden dat de mosselkwekers wel degelijk een vergunning moeten aanvragen. Zij wijzen onder meer op een uitspraak van het Europese Hof van Justitie uit 2004. Die zou een vergunning voor bestaande gebruiken in de visserij, zoals het verplaatsen van de mosselen, verplicht hebben gesteld. Volgens Martijn de Jong van de Waddenvereniging is er wel een vergunning nodig om jonge mosselen op te vissen, maar niet om die na de kweek naar Zeeland te verplaatsen. "Wij vinden juist dat je de hele teelt als één project moet zien. Wanneer er dan een tekort aan mosselen dreigt, zoals nu het geval lijkt, moet je als regering beperkende maatregelen nemen. De minister weigert dat te doen, en daarom zien wij nu geen andere uitweg dan naar de rechter te stappen." Delen van de Waddenzee worden gebruikt om jonge, pas gevangen mosselen te kweken. Wanneer ze groot genoeg zijn om op te eten, worden de beestjes opgevist en naar Zeeland gebracht. Daar worden ze in de Oosterschelde uitgezet, waar de stroming de schelpdieren schoonspoelt.
De vijf natuurorganisaties die de aanklacht indienen tegen de Staat der Nederlanden, zijn de Vogelbescherming Nederland, de Waddenvereniging, Stichting WAD, Natuurmonumenten en de Faunabescherming.