Waddengeld naar toerisme en landbouw

Gepubliceerd op 30 mei 2005Sociaal-economischAangemaakt door InterWad (gelezen in de Leeuwarder Courant)

LEEUWARDEN - Het geld van het waddenfonds moet vooral gaan naar duurzame landbouw en toerisme, rampenbestrijding, baggerwerkzaamheden, het herstel van zoet-zout overgangen en jonge duinlandschappen en naar kennisontwikkeling.

Een aantal deskundigen van de Rijksuniversiteit Groningen heeft hierover advies uitgebracht op verzoek van het kabinet.

De experts zien ook mogelijkheden om verbetering van de weg Garyp-Dokkum deels uit het fonds te betalen. Want daardoor is het Waddengebied makkelijker te bereiken door toeristen. Hoewel de pot niet per project verdeeld is, gaan de adviseurs nog uit van een fonds van €500 miljoen voor twintig jaar. Inmiddels heeft staatssecretaris Melanie Schultz van Haegen aan de Eerste Kamer meegedeeld dat er €800 miljoen in kas komt, zoals de Tweede Kamer ook verlangde.

Aan de hand van de prioriteitenlijst zal minister Sybilla Dekker van ruimtelijke ordening voorstellen voor besteding van het waddenfonds doen. Voor uitbreiding van havens zien de geleerden weinig perspectief. Ook het beperken van militaire activiteiten komt onderaan op de lijst, evenals het stimuleren van zeegras en mossel- en kokkelbanken en het bestrijden van de Japanse oester.

De aanpak van klimaatveranderingen en verontreinigingen scoren eveneens laag. Beter is het om geld te gebruiken voor het beperken van verstoringen door toeristen. Het baggeren kan vertroebeling van het water en afname van plankton voorkomen.