'NMa-boete voor garnalensector is onterecht'

Gepubliceerd op 7 juni 2005VisserijAangemaakt door Leeuwarder Courant

GRONINGEN - De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) slaat de plank volledig mis met haar boete voor de garnalensector. De beoogde verlaging van de consumentenprijs is nauwelijks gerealiseerd, veel vissers balanceren op het randje van een faillissement en de groothandelaren zijn machtiger dan ooit.

Het zou daarom beter zijn dat toezichthouders niet alleen de letter van de wet volgen, maar ook de specifieke kenmerken van een markt betrekken in hun oordeel. Dit concludeert Jacob Klijn van Terschelling in zijn afstudeerscriptie aan de rechtenfaculteit van de rijksuniversiteit Groningen.

De NMa legde de garnalenvissers en de handelsbedrijven op 14 januari 2004 een boete op van €13,8 miljoen vanwege vangst- en prijsafspraken. Eind vorig jaar werd de boete verlaagd tot bijna €6,2 miljoen maar de vissers profiteerden daar nauwelijks van.

Het besluit had ingrijpende gevolgen. De garnalenvisserij belandde in een negatieve spiraal: prijsdalingen leidden tot een hogere aanvoer met als gevolg nog lagere prijzen.

De kartelwaakhond baseert zijn vonnis op de Nederlandse Mededingingswet. Die is gebaseerd op het Europees verdrag. De NMa erkent dat dit verdrag een uitzonderingspositie maakt voor landbouw en visserij vanwege de specifieke marktomstandigheden en vanwege natuur en milieu.

Maar volgens de NMa geldt dat niet voor de garnalenvisserij. Die zou in een volledig vrije markt moeten opereren. Een opmerkelijke conclusie, aldus Klijn, omdat ook de garnalensector een visserijtak is. ,,Men heeft te maken met een natuurlijke hulpbron met een vrije toegang. Dan is regulering gewenst omdat anders uitputting dreigt. En dat is weer in strijd met het Europese Verdrag dat een duurzame productiewijze voorstaat."

Van een vrije markt is ook geen sprake omdat de twee handelsbedrijven Heiploeg en Puul een overheersende machtspositie hebben . De garnalenprijs in de supermarkt en de viswinkel is weliswaar gedaald, maar veel minder dan eigenlijk had gemoeten, aldus Klijn.

Uitgezonderd de handelsbedrijven is niemand wat opgeschoten met het besluit van de NMa, concludeert Klein. Hij vindt dat toezichthouders zich op het einde van de rit moeten afvragen: is nu bereikt wat ons voor ogen stond? ,,Het zijn nu tunneldenkers zonder zelfkritiek. "

,,Deze scriptie klinkt mij natuurlijk als muziek in de oren", verklaart Johan Nooitgedagt, voorzitter van de Nederlandse Vissersbond. ,,Wat wij al jaren beweren, wordt nu met dit onderzoek bevestigd."