Eeuwige strijd om waddengas en windenergie

Gepubliceerd op 14 oktober 2005OverheidAangemaakt door Dagblad vh Noorden (Michel Brandsma)

Op 2 en 3 november houden Denemarken, Duitsland en Nederland op Schiermonnikoog hun vierjaarlijkse conferentie over de Waddenzee. In een reeks korte artikelen belicht Dagblad van het Noorden de belangrijkste thema's die spelen rond het wad. Vandaag: windenergie en waddengas.

Het waddengebied is niet alleen rijk aan natuurschoon, maar ook aan energie. Onder het wad bevindt zich naar schatting 30 tot 70 miljard kubieke meter aardgas in velden die nog niet zijn ontgonnen. De winning van deze delfstof, zo vrezen tegenstanders, kan leiden tot bodemdalingen waarbij een groot deel van dit unieke natuurgebied definitief onder water verdwijnt. Toch wordt er al sinds de jaren tachtig aardgas gewonnen onder de Waddenzee. Dat gebeurt in het Blijaveld vlak boven Friesland, op de Zuidwal tussen Harlingen en Vlieland en aan de oostkant van Ameland. In 1994 werden vijf nieuwe velden ontdekt bij Lauwersoog en Paesens-Moddergat. Aanvankelijk kreeg de NAM toestemming om hier gas te winnen, maar in 1999 eiste de Tweede Kamer alsnog dat eerst alle onzekerheden werden weggenomen over een eventuele bodemdaling. In november 2004 ging de Kamer alsnog akkoord met de winning. Die moet geschieden vanaf de wal, via de schuin geboorde putten die hier al liggen sinds de proefboringen in de jaren negentig. Op dit moment wordt gewerkt aan het winningsplan en de vergunningsvoorwaarden. Leveren die onvoldoende garanties op voor natuurbehoud, dan zal de Waddenvereniging de vergunningen juridisch aanvechten. Ook windmolens zijn omstreden in het waddengebied. Weliswaar is de milieubeweging vóór windenergie, maar er zijn zorgen over lawaaioverlast, horizonvervuiling en gevaar voor vogels. Langs de Nederlandse waddenkust zijn vijf locaties aangewezen voor grootschalige windparken: Den Helder, Den Oever, Harlingen, de Eemshaven en Delfzijl. Het plan voor een windpark bij Nijkerkerpolder in Friesland is omstreden. Natuurbeschermers hebben de windmolens liever op de Noordzee. Er zijn plannen voor de aanleg van drie offshore parken: een Duits project boven Rottum en twee Nederlandse projecten boven Terschelling en Ameland. Omdat deze parken alle drie in een scheepvaartroute liggen, wil de milieubeweging dat ze verder uit de kust komen, waar minder gevaar bestaat voor aanvaringen.