Bot gevangen - Vissen uit honger en ellende

Gepubliceerd op 20 juni 2005Voorlichting en educatieAangemaakt door Museum 't Fiskershúske

MODDERGAT - Vis kan men grofweg op drie manieren vangen: met het net, aan de haak slaan en prikken of steken. De nieuwe expositie in museum 't Fiskershúske laat van alle drie methoden iets zien, met een accent op de laatste.

Tegenwoordig associëren we visprikken vooral met tropische wateren en kleinschalige, traditionele visvangst. Maar ook in ons eigen land gebeurde dat. Vanwege de wrede vangstwijze echter werd het visprikken hier al in het midden van de 19de eeuw verboden.

Voor arme vissers was de steker vaak het enige middel om in de wintertijd een visje te verschalken om op die manier behoorlijk eten op tafel te krijgen. In het binnenland ving men vooral aal of paling. De kustvissers joegen met name op bot. Al snel werd bot-vangen synoniem met armoede of ‘geen resultaat behalen’. Hier ligt de oorsprong van het spreekwoord: hij heeft bot gevangen.

De netten werden vroeger veel van hennepdraad gemaakt, daarna van katoen en uiteindelijk van kunstvezels. Op de tentoonstelling zijn al deze materialen te zien evenals voorbeelden van grote visnetten en fuiken.

Vis aan de haak slaan is natuurlijk al een zéér oude methode. Welke jongen heeft niet in zijn jeugd met een eenvoudige hengel menig visje gevangen….

De beroepsvissers van de Nederlandse kusten visten met een enorm lange lijn, waaraan weer korte dwarslijntjes zaten met een haak en aas. Dit ‘vissen met de ra’ werd al zeilend gedaan.

Op de expositie is ondermeer een handmolentje te zien, waarmee de vissers van rond 1850 tot 1900 zelf stukken lijn maakten voor de dwarslijntjes van de ra.

Interessante objecten zijn verder een grote kabeljauwhaak, mooi versierd zoals dat in de 19de eeuw nog gebeurde en een metalen blinker van rond 1860. Deze werd ooit opgevist door de vissers en bewaard door de smid van Paesens-Moddergat. Het was deze smid, die de grotere haken voor de vissers maakte of desgewenst de botsteker.

Het steken of prikken van vis gebeurde met een soort vork aan een lange steel. De platte tanden van de vork waren voorzien van weerhaken. Vaak was het gewoon een kwestie van op goed geluk in een ijswak steken, of in de modder prikken. Natuurlijk was de vangst zelden groot op deze manier. Op de expositie zijn diverse variaties van bot- en aalstekers te zien.

De expositie wordt verder verlevendigd door afbeeldingen van vissen en visvangst op tekeningen, prenten, schilderijen, tegels en aardewerken visvergieten. Binnenkort verschijnt tevens een boekje waarin de vismethoden uit het verleden uitvoerig worden belicht.

De eerste reacties naar aanleiding van de nieuwe tentoonstelling zijn er ook al. Een oud-Paesumer uit Delfzijl heeft het museum een ongeveer dertig jaar oud filmpje gegeven, waarop de eeuwenoude visserijmethode bij wijze van experiment nog wordt uitgeoefend. Het unieke materiaal wordt overgezet op dvd en is daarna mogelijk te zien op de expositie.