Zeegras slaat aan op het Balgzand (Waddenzee)

Gepubliceerd op 12 maart 2004Onderzoek en MonitoringAangemaakt door Rijkswaterstaat Directie Noord-Nederland

Rijkswaterstaat en de andere overheden die betrokken zijn bij het beheer van de Waddenzee streven er naar Groot zeegras (Zostera marina) terug te brengen in de westelijke Waddenzee. Zeegras is een karakteristieke plant voor de Waddenzee. Rijkswaterstaat heeft het initiatief genomen voor het starten van een herintroductieprogramma, dat loopt van 2002 tot 2006.

Een deel van de jonge plantjes die op het Balgzand, een wadplaat ten zuidoosten van Den Helder, in 2003 zijn aangeplant zijn goed uitgegroeid. De plantjes zijn afkomstig van een natuurlijk veld in de Eemsmonding. Het doel is om uiteindelijk een paar goed ontwikkelde zeegrasvelden te ontwikkelen, van waaruit het zeegras zich naar andere gunstige groeiplaatsen verspreidt. Zeegrasvelden zijn belangrijk omdat er zich veel organismen in thuis voelen, zoals slakjes en kreeftachtigen. Vis kan er paaien en het is een kinderkamer voor jonge vis. Ook zijn rotganzen dol op zeegras. Een monitoringsprogramma houdt de ontwikkelingen van de plantjes en de locatie in de gaten.

Het is wel afwachten tot het voorjaar of het aangeplante Groot zeegras terugkomt, want de soort moet elk jaar opnieuw uit zaad herrijzen. In 2002 bleek dat de gekozen locatie op het Balgzand te diep en te ver van de kust was gelegen, waardoor de plantjes het niet lang hebben uitgehouden. Dat betekende dat in 2003 de aanplant op een gunstigere locatie heeft plaatsgevonden.

Verrassend was dat in 2003 een groot aantal – bijna 800 – planten is opgekomen, afkomstig van een eerder uitzaai-experiment uit 1999 op het Balgzand. Deze populatie overleeft al vier seizoenen, maar had zich nog niet eerder zó uitgebreid. Dat geeft hoop voor vestigingskansen van Groot zeegras op de lange termijn.

Herintroductieprogramma

Om de kans op vestiging van Groot zeegras in de westelijke Waddenzee te vergroten helpt Rijkswaterstaat de plant een handje. Daarvoor is een meerjarig herintroductieprogramma opgesteld. Sinds eind jaren tachtig is de waterkwaliteit van de Waddenzee sterk verbeterd waardoor hervestiging van Groot zeegras mogelijk is. De kans is klein dat dit op natuurlijke wijze gebeurt. Door ongunstige windrichtingen en stromingen kunnen drijvende zaden uit het oostelijk deel van de Waddenzee namelijk moeilijk het westelijk deel bereiken. Om de veldjes de eerste jaren te versterken, worden de zaadstengels in het najaar ingegraven zodat ze niet de open Waddenzee indrijven. Als het veld groot genoeg is, is dit niet meer nodig. Deels blijven de zaadstengels in het veld en deels drijven ze weg om nieuwe kolonies te vestigen. Bij het herintroductieprogramma zijn betrokken: Katholieke Universiteit Nijmegen, onderzoeksinstituut Alterra en twee onderdelen van Rijkswaterstaat te weten Directie Noord-Holland en Rijksinstituut voor Kust en Zee.