Veerman stelt 'interim toetsingskader' schelpdiervisserij vast
Minister Veerman van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft een 'interim toetsingskader' voor de schelpdiervisserij vastgesteld. Dat was nodig omdat het oude beleid voor deze sector niet meer van kracht is en het nieuwe beleid nog in ontwikkeling.
Toch moet de komende tijd beslist worden over een aantal vergunningaanvragen voor deze visserij. Voor schelpdiervisserij zijn vergunningen nodig in het kader van de Natuurbeschermingswet en de Visserijwet. Op korte termijn gaat het om vergunningen voor de voorjaarsvisserij op mosselzaad in de Waddenzee en voor de handkokkelvisserij in de Waddenzee en de Oosterschelde. De beoordeling van aanvragen voor de mechanische kokkelvisserij is pas aan de orde als het nieuwe beleid voor de schelpdiervisserij naar verwachting al is vastgesteld. Deze visserij vindt namelijk pas plaats in het najaar.
Bij de beoordeling van de vergunningaanvragen zal minister Veerman de volgende uitgangspunten hanteren:
Voorjaarsvisserij op mosselzaad in de Waddenzee:
De mosselvoorraad in de Waddenzee mag niet worden aangetast. Met het oog daarop dient minimaal 90 van het opgeviste zaad tot 1 april 2005 op kweekpercelen in de Waddenzee te blijven in plaats van naar percelen in Zeeland te worden getransporteerd. Op deze manier kan het opgeviste zaad nog bijdragen aan de voedselvoorziening voor vogels. De sector dient een boekhouding bij te houden die inzichtelijk maakt hoeveel mosselen op de percelen in Waddenzee en Oosterschelde aanwezig zijn.
Handkokkelvisserij Waddenzee
De grote broedval in de Waddenzee in 2003 zal naar verwachting uitgroeien tot een groot kokkelbestand in 2004-2005. De handkokkelvissers zullen daarvan slechts een zeer gering percentage opvissen. Bij vergunningverlening zullen wel beperkende voorwaarden worden gesteld om eventuele nadelige effecten op het ecosysteem te vermijden.
Handkokkelvisserij Oosterschelde
De kokkelbestanden in de Oosterschelde zijn dermate klein dat er vooralsnog geen ruimte is voor handkokkelvisserij.
Als er vergunnningen worden verleend, zullen die de bepaling bevatten dat ze gewijzigd of ingetrokken kunnen worden zodra het nieuwe beleid voor de schelpdiervisserij van kracht wordt.
Voortgang nieuw beleid
Minister Veerman streeft ernaar om voor de zomer het nieuwe schelpdiervisserijbeleid naar de Tweede Kamer te sturen. Bij de ontwikkeling daarvan is gekozen voor een proces met maatschappelijke en bestuurlijke consultaties. Die zijn eind januari afgerond. Als wetenschappelijke basis van het beleid speelt het in december afgeronde EVA II-onderzoek een belangrijke rol.
Maar ook ander relevant onderzoek, mits onderworpen aan een wetenschappelijke audit, zal een rol spelen bij de beleidsvoorbereiding. Ook diverse adviezen worden hierbij betrokken, waaronder het onlangs uitgebracht advies van de Raad voor de Wadden.